Actief schrijven: hoe doe je dat?
Actief schrijven maakt een tekst levendig en vlot. De tekst komt logisch over en leest makkelijk. Hierdoor kom je in een lekkere flow en lees je snel. Vaak merk je dit niet eens. Maar is een tekst heel passief geschreven? Dan merk je dat direct!
Je leest een tekst, maar wordt al bij de tweede alinea overvallen door vermoeidheid. Wat een lange zinnen en moeilijke constructies! Hoe komt dat toch? De oorzaak ligt meestal bij te veel passief taalgebruik.
Iedereen maakt zich hier wel eens schuldig aan. Ook in mijn eerste versie van een artikel staan soms (te) lange zinnen. Zeker als het om een moeilijk onderwerp gaat. Deze haal ik er later weer uit. Ik lees mijn teksten dan hardop voor en let op de volgende zaken.
Hoe herken je passief taalgebruik?
1. Kunnen, worden en zijn
Zie je het werkwoord kunnen, worden, willen of zijn in een tekst staan? Dan gaat er een alarmbelletje af.
Een voorbeeld van een passieve zin: “Wij kunnen je helpen door blogberichten te schrijven.”
Zo maak je de zin actief: “Wij helpen je met het schrijven van blogberichten.”
Een ander voorbeeld is: “De gemeente zal je laten weten of de subsidieaanvraag is goedgekeurd.”
Zo maak je de zin actief: “De gemeente laat je weten of de subsidieaanvraag is goedgekeurd.”
2. Scan je tekst op te
Deze titel zag ik op een website staan:
“Wordt het tijd om het anders aan te pakken?”
Voel je je al aangesproken? Ik denk het niet, want deze titel is onduidelijk en lang.
Zo maak je de titel een stuk actiever en duidelijker:
“Is het tijd voor een andere aanpak?”
3. Let op het voltooid deelwoord
Een voltooid deelwoord maakt een zin inactief. Kijk maar naar de volgende voorbeelden:
- Passief: “Vanochtend ben ik met het verkeerde been uit bed gestapt.”
- Actief: “Vanochtend stapte ik met het verkeerde been uit bed.”
Met de actieve vorm maak je van een tekst een mooi verhaal.
4. Vermijd ook de lijdende vorm
Maar ik kom ook vaak de volgende constructie tegen:
- “De tekst wordt geschreven.”
- “Uw administratie wordt bijgewerkt.”
Dit heet de lijdende vorm, waarbij het onderwerp wordt weggelaten. Je vraagt je dan af: “Door wie?”
Deze vorm moet je zo veel mogelijk vermijden.
Schrijf dus liever:
- “Hij schrijft de tekst.”
- “Wij werken uw administratie bij.”
Zo laat je minder ruimte voor onduidelijkheid.
Moet je passief taalgebruik altijd vermijden?
Nee, natuurlijk niet. In sommige gevallen is de passieve vorm zelfs de juiste vorm.
Bijvoorbeeld als het niet bekend is wie iets heeft gedaan. Een aantal voorbeelden:
- “Het schilderij werd gestolen.”
- “Vannacht is er ingebroken bij de bakker.”
- “De man werd neergeschoten.”
Deze manier is ook handig als je geen nadruk wilt leggen op de handelende persoon.
- “Dit nieuws is gisteren bekend gemaakt.”
Daarnaast is de lijdende vorm een mooie manier om een voorwerp centraal te stellen:
- “Het restaurant wordt vandaag geopend.”
In deze zin is het restaurant belangrijker dan degene die het opent.
Mijn tip is: vermijd passief taalgebruik zo veel mogelijk. Lees een tekst altijd meerdere keren door en luister of de zinnen lekker in elkaar overlopen. Zo haal je de meeste passieve zinnen eruit en hou je een mooi verhaal over.
Actieve teksten nodig?
Heb je behoefte aan wat hulp bij je teksten? Stuur me een mailtje en we gaan samen aan de slag.
2 heerlijke recepten met vlierbloesem
Wat kan je allemaal maken met vlierbloesem? In dit artikel geef ik je twee heerlijke recepten.
Over stopwoordjes en hoe ze zomaar je tekst insluipen
Heb je favoriete stopwoordjes? Vast wel! Met mijn tips voorkom je dat deze woorden te vaak je tekst insluipen.
Ontdek de omgeving van de Cinque Terre: 5x waarom Portovenere een bezoekje waard is
Portovenere is een leuk alternatief voor de Cinque Terre. Ontdek hier waarom dit vissersdorpje een bezoek waard is.